| Wetenschappelijke betekenis |  | Het adrenocorticotroop hormoon (ACTH) (syn: corticotropine) wordt gesecreteerd door de voorkwab van de hypofyse (de adenohypofyse). Deze secretie wordt beïnvloed door meerdere factoren:
*stimulatie door corticoliberine (CRH = corticotropin-releasing hormone) van
de hypothalamus
*inhibitie door cortisone (negatieve feedback)
*dagschommelingen (hoog s'morgens, laag in begin van de avond)
*stimulatie door stress (emotioneel, traumatisch, chirurgisch)
Het ACTH stimuleert de secretie van corticosteroïden en androgenen door de bijnierschors en in mindere mate ook de secretie van aldosteron.
De dosage van ACTH wordt gebruikt voor het opsporen van bijnier-insufficiëntie (mbv insuline-stimulatietest) en voor een differentiëel diagnose van hypercorticisme (Cushing) (mbv CRH-stimulatietest en dexamethasone-suppressietest).
Bij het Cushing syndroom is er een teveel aan glucocorticoïden. Dit wordt meestal veroorzaakt door een ACTH-overproductie van de hypofyse (hypofysair adenoom) of door ectopische productie door een tumor. Bij een ACTH-onafhankelijke corticoïden-overproductie in de bijnier (adenoom of carcinoom van de bijnieren) wordt de ACTH-productie onderdrukt.
Bij bijnierschorsinsufficiëntie kan het probleem primair in de bijnier zelf liggen (hoog ACTH, ziekte van Addison) of in de hypothalamus (laag ACTH).
bron: Tietz - clinical chemistry and molecular diagnostics
Wegwijzer in laboratoriumdiagnose, Bossuyt en Boeynaems
Product information - ACTH, Roche Diagnostics |